Home

nart is

Nart Wielaard werkt op het snijvlak van maatschappij, technologie en bedrijfsleven. Hij brengt complexe ontwikkelingen terug tot eenvoudige en begrijpelijke verhalen en doet dat in de rol van gespreksleider, adviseur en schrijver. In vorige levens was hij registeraccountant, wereldreiziger en journalist. Zijn kennis ligt vooral op het gebied van thema's als big data, sustainability, ondernemerschap en nieuwe media. Nart is dol op vraagtekens en heeft een hekel aan uitroeptekens. In overdrachtelijke zin dan natuurlijk. 

Naast een veelheid aan projecten voor opdrachtgevers uit bedrijfsleven en schreef samen met hoogleraar Sander Klous het boek Wij Zijn Big Data. Er zitten twee andere boeken in de pijplijn maar die pijplijn kon wel eens lang zijn.

Nart vindt het leuk als u belt voor een kennismaking.

    

Business Unusual

Vandaag is er (weer) een boek geboren en ik word elke keer weer trots en blij als mijn stapeltje op de schouw groeit. Ik schreef met Klaas Wagenaar onder de noemer Business Unusual de afgelopen twee maanden in recordtempo een boek over hoe ondernemingen ten tijde van een unieke Covid-19 crisis succesvol kunnen zijn en blijven.  Klaas heeft als turnaround manager een rijke ervaring met ondernemingen die in problemen kwamen en vanuit die rijke ervaring kunnen we ondernemers en managers nu waardevolle lessen meegeven. Over hoe ze vooral niet alleen maar de financiële oplossing moeten zoeken maar vooral als ondernemer moeten blijven denken. Over hoe ze het moment kunnen gebruiken om op hoog tempo een digitalisering door te maken. Hoe ze met simpele boodschappen het broodnodige vertrouwen van hun medewerkers krijgen. En nog tal van andere zaken. Oh ja, dat boek is natuurlijk te koop: hier bijvoorbeeld. 

Steeds beter

Kunstmatige Intelligentie, robotica, big data, patiëntcommunities, systemen voor het delen van informatie en nog een hele reeks andere technologische concepten. Ze kunnen de zorg zoveel beter en efficiënter maken. Maar dat potentieel blijft al jaren grotendeels een belofte. Er is veel hype & hope. Maar daar blijft het veelal bij. Dat is een schande, want de patiënt en de zorgprofessional verdient beter.

In verschillende klussen die ik deed met Jan de Boer en Hans Donkers vroegen we ons af of dit niet anders kan. We besloten om eigen ervaringen en inzichten van allerlei deskundigen op te schrijven over digitaal leiderschap in de zorg. We begonnen het te kneden tot een messcherp en inspirerend verhaal. En opeens lag er een boek – Steeds Beter – dat op pakjesavond 2019 officieel het licht ziet.

Neem het maar van me aan: het is een lekker boek geworden. Een boek dat inspireert over hoe de digitale belofte van de tekentafel naar de praktijk kan komen. Vol met prachtige interviews.

Zo’n boek wil je toch hebben? Bestellen kan hier.

Stop marketing, start mattering

Stop Marketing To Consumers, Start Mattering To People. Oftewel: stop met meer geld uitgeven aan je merk, maar ontwikkel vooral proposities die ertoe doen voor je klanten.

De dataficatie van de hele samenleving biedt geweldige mogelijkheden voor products that matter. Bijvoorbeeld in de verzekeringsbranche. Mooi voorbeeld: de innovatieve verzekeraar Lemonade. In een podcast stelde CEO Daniel Schreiber vast dat ‘zijn’ bots op basis van kunstmatige intelligentie het niet alleen beter dan mensen doen op het vlak van betrouwbaarheid en efficiency, maar ook in de omgang met klanten – ten aanzien van personality and delight. Dat lukt alleen doordat de bots worden gevoed met een rijkdom aan data: daardoor kunnen ze met een minimale set aan vragen al tot bevredigende antwoorden komen. Een derde van alle claims die worden ingediend wordt nog tijdens het indienen volautomatisch betaald, op basis van bijvoorbeeld een foto van een proces verbaal of een video van de schade. Pijnloos en snel. That matters to customers.

Met CCS schreef ik een paper over hoe verzekeraars de verwachtingen van klanten beter kunnen invullen. Of overtreffen. Lees het hier.

Dit land kan 80 miljard beter

Cijfers. De meeste mensen lopen er niet warm voor, zijn er wat huiverig voor of spreken er zelfs met wat dedain over. Op een feestje leg je je gesprekspartner liever uit dat je een ‘echt mensenmens’ bent (bah) dan dat je koketteert met je cijfermatige vaardigheden.

Maar cijfers zijn wel de brandstof van veel van onze beslissingen. Van hoe politici beleid maken. Hoe CEO’s hun bedrijf aansturen. En hoe jij zelf je mening vormt.

We worden met grote regelmaat in het ootje genomen door die cijfers. Omdat de cijfers niet deugen, gekleurd zijn door belangen, maar een deel van het verhaal vertellen, te kort door de bocht gaan, statistisch volledig miskleunen of anderszins. Uit eigen ervaring weet ik nu dat het hoogst vermakelijk is als je er eens induikt hoe dat werkt. En ik realiseer me ook steeds beter dat dat serieuze consequenties heeft.

Wil je daar meer over weten en ook weten hoe het zit met die 80 miljard in de kop? Koop het boek Spookcijfers dan. Wil je liever een gesigneerd exemplaar? Mail me. Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

Ik, optimist

Gisteren las ik een recensie over mijn laatste boek, Vertrouwen in de slimme samenleving. De recensent noemde ons optimistisch. Ik beschouwde het als een compliment, mede-auteur Sander Klous vond dat ‘constructief’ eigenlijk meer op zijn plaats zou zijn.

Vanmorgen verslikte ik me in mijn cruesli toen ik in mijn newsfeed las dat Google voortaan met 95 procent accuratesse kan voorspellen wanneer ik sterf. Eerste ingeving: Harry Mulisch’ die bij leven de onnavolgbare woorden sprake dat ‘zijn sterfelijkheid nog maar moest worden bewezen’. Tweede ingeving: dit stinkt. Na vijf minuten eenvoudig speurwerk kwam de aap uit de mouw. Google’s Deep Learning technologie wordt inderdaad onderzocht in een ziekenhuis, om de medische behandelingen van patiënten te verbeteren. Een van de dingen die ze daarbij vrij nauwgezet kunnen voorspellen is de sterftekans. Er is geen sprake van dat Google de wereldbevolking keurig op sterftedatum aan het ordenen is, iets wat wel wordt gesuggereerd in de kop van het verhaal.

Ik was verdrietig over de kortzichtigheid van de media die er weer eens mooie clickbait van hebben gemaakt. En ik ben ook weer trots op dat optimisme dat me wordt toegeschreven. Ik vind optimist een geuzennaam. Al was het maar om dat ongebreidelde pessimisme over wat de Frightful Five ons allemaal willen aandoen. Ik vind dat we niet alleen oog moeten hebben voor de risico’s maar ook voor de goede dingen die deze bedrijven ons bieden. Waaronder de inzet van deep learning in een ziekenhuisomgeving.

Zo’n genuanceerde houding is inderdaad constructief. Maar ja, dat vind ik dan weer geen lekkere geuzennaam.