Nart Wielaard werkt op het snijvlak van maatschappij, technologie en bedrijfsleven. Hij brengt complexe ontwikkelingen terug tot eenvoudige en begrijpelijke verhalen en doet dat in de rol van gespreksleider, adviseur en schrijver. In vorige levens was hij registeraccountant, wereldreiziger en journalist. Zijn kennis ligt vooral op het gebied van thema's als big data, sustainability, ondernemerschap en nieuwe media. Nart is dol op vraagtekens en heeft een hekel aan uitroeptekens. In overdrachtelijke zin dan natuurlijk.
Naast een veelheid aan projecten voor opdrachtgevers uit bedrijfsleven en schreef samen met hoogleraar Sander Klous het boek Wij Zijn Big Data. Er zitten twee andere boeken in de pijplijn maar die pijplijn kon wel eens lang zijn.
Nart vindt het leuk als u belt voor een kennismaking.
Quantity over Quality
Nart Wielaard |
In 1999 crashte de Mars Orbiter van de NASA. De oorzaak? De systemen aan boord bleken de inches en centimeters door elkaar te halen. Het voorbeeld toont aan dat het niet kunnen beschikken over consistente data kan leiden tot verkeerde beslissingen met zeer kostbare gevolgen kan hebben.
In een samenleving die steeds meer aan elkaar hangt van data is het goed om dat te blijven beseffen. Maar is het eigenlijk nog wel haalbaar om zeker te weten dat we beslissingen nemen op basis van de juiste informatie? Ik stel mezelf deze vraag regelmatig. Onze neiging is om steeds strenger te controleren en protocols en procedures in het leven te roepen om het waarheidsgehalte van informatie te verhogen.
Maar is dat zinnig? Niet als we het centrale mantra van Google volgen, de zoekmachine die me toch elke dag tamelijk goede informatie biedt. Dit mantra is heel eenvoudig: Quantity over Quality. De redenering: alle fouten in data zijn op te lossen door er meer data aan toe te voegen. Google is er dus niet op uit om de kwaliteit van de oorspronkelijke data te verhogen – en is ook helemaal niet in de positie om dat te kunnen – maar zet in op grotere hoeveelheden data die met de juiste algoritmes kunnen worden gecombineerd en zo op betrouwbaarheid zijn te toetsen. Fascinerende gedachte.
De mythe van de kokende kikkers
Nart Wielaard |
Zo eens in de zoveel tijd duikt ie weer op: het verhaal over kikkers die rustig blijven zitten in een pan water, ook als je het gas eronder langzaam open draait en daarmee het water aan de kook brengt. De kikker is door de langzaam oplopende hitte niet meer in staat om te springen en sterft een langzame dood. Het is een prachtig verhaal om aan te geven hoe mensen blijven doen wat ze altijd deden, ook als de wereld om hen heen om heel andere dingen vraagt. En onder consultants dus een welkome metafoor in workshops over verandertrajecten. Maar klopt het verhaal?
Ik vroeg het ooit eens aan een topman van een Brabants bedrijf die me bezwoer de proef zelf op de som te hebben genomen op een regenachtige zondag. Hij claimde dat hij een pan vol dode kikkers overhield. Ik vroeg maar niet verder door. Om pijnlijke momenten te voorkomen en in de wetenschap dat de man een wat rijke fantasiewereld had. Want het handelt zich hier wel degelijk om een broodje aap. Een broodje aap dat gisteren weer eens werd opgedist door mijn zeer gewaardeerde voormalige chef Jeroen Smit bij zijn oratie als hoogleraar journalistiek. Die overigens een goed verhaal heeft over de staat van de dagbladjournalistiek.
Een goed verhaal moet je eigenlijk niet kapot checken - aldus een journalistengrapje - maar Fast Company deed dat jaren geleden toch met haar Consulting Debunking Unit. Dus laat het voor eens en altijd duidelijk zijn: kikkers springen wel degelijk de pan uit als je die langzaam laat koken. Overigens zijn er meer dan dat soort onuitroeibare mythes. Die van de lemmingen bijvoorbeeld, die willoos achter elkaar aan zouden lopen en zich daarbij te pletter vallen in de afgrond. Ook zo'n consultantsmetafoor. En ook niet waar. Deze mythe berust namelijk op een door Disney in scene gezette film.
Het ene begrotingstekort is het andere niet
Nart Wielaard |
Het lijkt maar een kwestie van tijd voordat een nieuw debat losbarst over nieuwe bezuinigingen. Een zinloos debat. Want die Europees afgesproken norm van maximaal 3% tekort is onder politici een heilig ding geworden. Niemand lijkt zich af te vragen of alle lidstaten wel op dezelfde manier hun rekenmachines hanteren. En als we met wat gezond boerenverstand naar onze financiën kijken, dan blijkt Nederland er erg goed voor te staan. Beter dan Duitsland zelf. Daarom nog maar eens een linkje naar een verhaal dat ik daar een paar maanden geleden over schreef, maar dat nog steeds erg actueel is.
Kul
Nart Wielaard |
11 september 2012. Dat is niet de dag dat we stilstaan bij wat er 11 jaar geleden gebeurde. Het is wel de dag dat we vooruitblikken naar de dag erna. Want 12 september 2012 gaat de annalen is als de dag waarop Apple haar nieuwe iPhone 5 lanceert. En tal van media zijn daarvan uiteraard al weken in de ban. De hijgerigheid kent geen grenzen en leidt er zelfs toe dat zakenbankiers speculeren over hoe de nieuwe iPhone de Amerikaanse economie kan redden. Dat gaat er bij honderden internationale nieuwsmedia in als koud bier op een heet strand. “How Apple’s iPhone 5 could singlehandedly rescue the U.S. economy” kopt The Washington Post zelfs. Wat er aan de hand is? Michael Feroli van zakenbank J.P. Morgan heeft op de achterkant van een bierviltje eens zitten rekenen hoeveel extra omzet Apple kan genereren omdat Apple adepten al maanden zitten te kwijlen. Hij komt dan op 5 miljard dollar over een kwartaal en haalt er een derde af omdat de toeleveringsindustrie – lees: China – meeprofiteert. Het schept weinig vertrouwen in de bankensector om te zien dat zo’n gerenommeerde bank als J.P. Morgan met zulke kort-door-de-bocht redeneringen wegkomt. Want wat niet wordt meegenomen is het feit dat consumenten hun geld maar een keer kunnen uitgeven. Als ze dus besluiten om een nieuwe iPhone aan te schaffen, dan zal dat in veel gevallen bijvoorbeeld betekenen dat ze een paar keer minder uit eten gaan of het weekendje Parijs dit jaar overslaan. Het is natuurlijk niet te becijferen wat het werkelijke effect is. Maar het is een feit dat je met kulberekeningen makkelijk de wereldwijde media kunt halen en dat die media dan graag nog even wat verder overdrijven.
Met dank aan Lukas Daalder voor wat basiskennis economie.
Een nieuw spookcijfer. Omdat het zo'n leuke hobby van me is.
De sportzomer van 2012 hakt er stevig in bij het Nederlandse bedrijfsleven. De combinatie van EK Voetbal, Olympische Spelen, Tour de France en Wimbledon blijkt namelijk een dodelijke gifcocktail voor het toch al zo geplaagde bedrijfsleven. De Telegraaf weet het zeker: “Sportzomer kost bedrijven 1 miljard”. De schade vloeit voort uit de tijd die werknemers gemiddeld per dag kwijt zijn aan het praten over het EK-voetbal en de Olympische Spelen. Per werknemer gaat het om een kostenpost van 165 euro.
Natuurlijk is het erg voorspelbaar dat een onderzoeksbureau met dergelijk nieuws naar buiten komt, want media zijn dol op makkelijk verteerbaar nieuws. De redenering erachter is op zich onzinnig, want volgens een zelfde redenering kost ook het tv-programma Boer zoekt Vrouw, het stuklopen van het derde huwelijk van Ruud Gullit en de teleurstellende zonuren in het voorjaar het bedrijfsleven handenvol geld. Een mens moet immers toch ergens over praten bij de koffiecorner? In dit geval is er echter nog iets anders aan de hand bij het bericht dat naast De Telegraaf ook opduikt bij onder meer BNR Nieuwsradio en RTL.